INLEIDING
NAVO-slagkracht op zee in een nieuw tijdperk van collectieve verdediging
De ongerechtvaardigde en gruwelijke Russische oorlog tegen Oekraïne is een tektonische gebeurtenis. Oorlog is terug op het Europese continent en voor de NAVO is een nieuw tijdperk van collectieve verdediging aangebroken.
Sinds de Russische inval in Georgië in 2008 en de illegale annexatie van de Krim in 2014 hebben wij ons voorbereid op dit nieuwe tijdperk. De militaire autoriteiten van de NAVO hebben het Russische patroon van agressie op de voet gevolgd en navenant strategieën ontwikkeld voor de collectieve verdediging van het NAVO-grondgebied.
- NATO Military Strategy (NMS) in 2019: de overkoepelende militaire strategie voor hoe wij ons tegen Rusland en terroristische groeperingen verdedigen;
- Concept for the Deterrence and Defence of the Euro-Atlantic Area (DDA) in 2020: de operationele strategie voor hoe wij in het hier en nu afschrikken en verdedigen;
- NATO Warfighting Capstone Concept (NWCC) in 2021: de strategie voor hoe we in de komende 20 jaar gaan afschrikken en verdedigen en hoe wij onze capaciteiten gaan moderniseren.
Deze drie strategieën waren hard nodig. Want het fundamentele verschil tussen crisisbeheersing en collectieve verdediging is dat – in het laatste geval – niet wíj, maar onze tegenstander de tijdlijn bepaalt. Wij kunnen niet langer zelf beslissen waar en wanneer wij deelnemen aan een conflict of wat ons ‘ambitieniveau’ is. We moeten ons erop voorbereiden dat het conflict zich op enig moment aandient. En dan zijn we er klaar voor, of niet.
Historische beslissing
Het feit dat deze strategieën waren ontwikkeld, maakte mogelijk dat de NAVO binnen enkele uren en dagen na de Russische inval in februari 2022 haar voltallige oostflank nog verder kon versterken. Er werden vier nieuwe battlegroups opgericht. En er werden honderdduizenden troepen in verhoogde paraatheid gesteld. 40.000 daarvan kwamen onder direct commando van de Supreme Allied Commander Europe te staan.
De bondgenoten hebben snel gehandeld en zijn direct doorgegaan met het verder uitwerken van de DDA-strategie voor collectieve afschrikking en verdediging in geografisch georiënteerde specifieke plannen. Tijdens de NAVO-top in Vilnius hebben de 31 regeringsleiders van de NAVO deze regionale plannen en de daaruit voortvloeiende Force Structure Requirement onderschreven. Hierin staat hoe we elk geografisch deel van het verdragsgebied gaan verdedigen en welke capaciteiten we daarvoor nodig hebben. Dit was een historische beslissing. Nog nooit eerder waren nationale en NAVO-defensieplannen op zulk detailniveau geïntegreerd.
Maritiem maakt het verschil
Het multi-domein optreden staat hierin volledig centraal, met een cruciale rol voor het maritieme domein. Ik durf zelfs te stellen: maritiem maakt het verschil. Niet alleen projecteren wij op en vanuit zee een geloofwaardige afschrikking, maar onze maritieme aanwezigheid is vaak ook een katalysator voor optreden in de lucht en op het land. Denk bijvoorbeeld aan de straaljagers die konden opstijgen vanaf het vliegdekschip USS Gerald Ford in de Middellandse Zee, om vervolgens boven de Baltische staten luchtpatrouilles uit te voeren.
Met de NAVO-slagkracht op en vanuit zee zijn we bovendien in staat om onze tegenstanders in zowel het noorden, oosten, zuiden als westen af te schrikken. Het Arctisch gebied en de Atlantische Oceaan hebben immers net zoveel aandacht nodig als onze oostflank. Zo is er weer meer aandacht voor het detecteren en volgen van Russische onderzeeboten, met name in het gebied tussen Groenland, IJsland en het Verenigd Koninkrijk.
Om die reden hebben de NAVO-bondgenoten besloten om het Joint Forces Command in Norfolk (Virginia) verder uit te bouwen en te versterken. Daarin wordt JFC Norfolk ondersteund door het Allied Maritime Command (MARCOM) in Northwood.
Ook hebben wij de NAVO-oefeningen op zee uitgebreid en trainen wij vaker met onbemande onderwatervoertuigen. Onze Standing Naval Forces, de maritieme capaciteiten van de NAVO als geheel, raken beter gevuld. Dat heeft als voordeel dat we de maritieme operaties effectiever kunnen inplannen, onze interoperabiliteit kunnen vergroten en gezamenlijk nieuwe technologieën kunnen uittesten. Het deelnemen aan de Standing Naval Forces vergroot daardoor niet alleen de collectieve afschrikking en verdediging, maar draagt ook rechtstreeks bij aan (de ontwikkeling van) nationale capaciteiten. Daarmee is het de perfecte samenkomst van artikel 3 van het Verdrag van Washington (iedere bondgenoot moet in de eerste plaats zichzelf kunnen verdedigen) en artikel 5 (één voor allen, allen voor één).
De NAVO zijn wijzelf
In dit nieuwe tijdperk van collectieve verdediging zijn beide artikelen even belangrijk. We kunnen het ons niet veroorloven om de NAVO te beschouwen als een noodnummer dat je kunt bellen wanneer je wil dat anderen jouw problemen komen oplossen. De NAVO is immers wat we er zelf van maken.
Bovendien merken wij overal ter wereld dat alles wat een individuele bondgenoot doet, zegt en laat zien wordt gepercipieerd als een NAVO-activiteit. Dat geldt zeker ook op zee. De bondgenoten zijn zich hiervan bewust en zijn vele malen transparanter geworden naar elkaar over hun nationale activiteiten. In dit nieuwe tijdperk van collectieve verdediging moeten bondgenoten veel nauwer hun activiteiten met én op elkaar afstemmen, om samen de maximale effecten te bereiken. Na de sabotage van de Nordstream-pijpleidingen in september 2022 is er ook nadrukkelijk meer aandacht nodig voor de bescherming en verdediging van infrastructuur onder water. MARCOM speelt bij dit alles een belangrijke coördinerende rol.
De vergaande integratie van nationale en NAVO-defensieplannen vereist bovendien dat we iedere belofte aan onze bondgenoten gestand doen. Anders ontrafelen we het fijngeweven tapijt van militaire capaciteiten. Iedere belofte aan de NAVO die je verbreekt vormt niet alleen een risico voor je eigen veiligheid maar ook een rechtstreeks risico voor de veiligheid van je bondgenoten.
Nederland maakt deel uit van de krachtigste politiek-militaire alliantie ter wereld. Dat schept verplichtingen, maar het biedt vooral enorm veel voordelen en mogelijkheden om onze capaciteiten – in alle vijf de operationele domeinen – te versterken en maximaal te benutten. Wat mij betreft doen we dat liever vandaag dan morgen. Tijd is helaas niet meer onze vriend.
Luitenant-admiraal Rob Bauer is Voorzitter van het NAVO Militair Comité