COLUMN – DIEUWERTJE KUIJPERS

Een verjaardagsstok om mee te slaan

“De samenleving moet zich voorbereiden op het onverwachte”, waarschuwde NAVO-admiraal Rob Bauer, voorzitter van het NAVO Militair Comité.

Voldoende drinkwater, een zaklamp en een radio op batterijen zijn hierbij geen overbodig luxe. Ook andere militairen sloten aan in het rijtje: hoogleraar van de Nederlandse Defensie Academie Han Bouwmeester waarschuwde voor Poetin zijn combinatie van “machtspolitiek, territoriale politiek en identiteitspolitiek”. De Strategische Monitor van Instituut Clingendael wees op de terugkeer van het nucleaire gevaar.

Atlantici schilderen graag het conflict tussen Oekraïne en Rusland af als hét meest belangrijke geopolitieke probleem in de wereld. Een waarbij het zaak is Rusland niet te laten winnen, hoe dat er ook uit moge zien. Opvallend genoeg denken burgers daar heel anders over. Uit peilingdata van de Munich Security Index 2024 bleek dat in Westerse landen Rusland en China juist minder als een bedreiging werden gezien dan het jaar ervoor. Massa-immigratie door oorlogen of klimaatverandering en de opkomst van radicale islam – waarschijnlijk door de oorlog tussen Israël en Hamas – worden door respondenten als de grootste punten van zorg genoemd. Grote delen van de burgers in G7-landen geloven dat de welvaart en veiligheid de komende tien jaren alleen al zal afnemen. Een afname die niet veel kleiner zal worden zolang er een verschil bestaat in perceptie tussen elites en burgers over wat de wereld onveilig maakt.

Interessant genoeg is er niet alleen een discrepantie tussen wat burgers zien als uitdagingen, maar ook tussen wat hoge ambtenaren en politici publiekelijk uitdragen en experts elkaar toevertrouwen. Eerder dit jaar op de Munich Security Conference liep ook de Amerikaanse politicoloog Stephen Walt rond. Hem viel, zo schreef hij in zijn column voor Foreign Policy, een sterk contrast op tussen het optimisme over de Oekraïense overwinning bij de politieke sprekers (zoals de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken, Anthony Blinken) en het pessimisme onder experts over de patstelling ter plaatse. Zijn conclusie: de roep om meer Westerse hulp is niet zozeer voor Oekraïense overwinning, maar om Kiev in een positie te krijgen om een zo goed mogelijke deal te sluiten zodra de tijd voor onderhandelingen daar is. Politici zelf zullen dit niet hardop zeggen: het zal de onderhandelingspositie van Oekraïense immers schaden.

Enerzijds lijkt de NAVO – met haar uitbreiding en hernieuwde raison d’être dankzij de oostflank – relevanter dan ooit. Tegelijkertijd is het de grootste uitdaging deze relevantie vanzelfsprekend te laten zijn voor de inwoners van de democratieën die het zegt te beschermen. De vraag is of het overschreeuwen van jezelf over een noodzakelijke Oekraïense overwinning de juiste manier is. Het wekt nogal wat verwachtingen.

Naast Nederland is daar straks ook een mogelijke Amerikaanse verkiezingsoverwinning door Donald Trump die juist garen spint bij een perceptiekloof tussen elite en burgers. Niet nagekomen beloften over overwinningen op Rusland vormen dan een prima stok om ’de oude elites’ – lees: de NAVO – mee te slaan. Wellicht is de strategische wijsheid om de eigen oppositie niet te mobiliseren – door ze zelf die stok aan te reiken op een dienblaadje – een verzekering om toekomstige verjaardagen te kunnen blijven vieren.

Dieuwertje Kuijpers (foto: Bianca Toeps)