COLUMN

AI als terreurwapen

Michelle Hogendoorn

Onlangs schroefde de NCTV het dreigingsniveau op naar 4. Dit betekent ‘substantieel’, maar signaleert bovenal dat we een terroristische aanslag niet langer als een “ver-van-ons-bed-show” moeten beschouwen.

Nu is het verleidelijk om de toegenomen dreiging aan de kapstok te hangen van de twee oorlogen die onze wereld nu in beroering brengen. Toch lijken het politieke debat en de media moeiteloos de interesse te verliezen wanneer de oorlogsklok langer tikt. Neem als voorbeeld de oorlog in Oekraïne. De aandacht die hier aanvankelijk sterk op gericht was heeft plaats moeten maken voor andere crises, in dit geval het het conflict tussen Israël en Hamas.

Maar, hoe verhoudt ons collectieve geheugen zich eigenlijk tot de dreiging en aanvallen van niet-statelijke actoren? De publieke waakzaamheid lijkt enigszins te tanen op het moment dat een dreiging uit het nieuws verdwijnt. Dit creëert een gevaarlijke paradox . Ondanks dat de terroristische dreigingen geenszins zijn verminderd blijven we afhankelijk van de discrepantie tussen aanhoudende conflicten enerzijds, en de fluctuerende aandacht van de media anderzijds.

Jeanine de Roy van Zuydewijn, onderzoeker aan de Universiteit Leiden wees hier in 2020 al op. Onze aandacht is van korte duur, afhankelijk van spectaculaire aanslagen en onderhevig aan een soort moeheid of gewenning. De aandacht ligt snel op één type dreiging. En ik snap best dat het er nu gewoon te veel zijn.

Terwijl onze wereld geleidelijk transformeert door de introductie van nieuwe technologieën en het inherente opportunisme, luidt de opkomst van AI een nieuw tijdperk in waarop terrorisme zich onopgemerkt verder ontwikkelt. Hoewel de meeste terroristische aanslagen in Europa in de afgelopen decennia niet gepleegd zijn met meest geavanceerde nieuwe technologieën, zijn dergelijke scenario’s waarin deze nu wél worden gebruikt allesbehalve ondenkbaar. Net zoals u zich misschien Large language modellen – zoals ChatGPT – probeert eigen te maken zullen ook niet-statelijke actoren dit doen; technologie discrimineert immers niet.

Maar bij het bespreken hoe AI wordt geïntrigeerd in terroristische werkwijzen moet je verder kijken dan enkel de zachte kanten ervan. Terwijl Europa met man en macht de AI Act en andere reguleringen probeert door te voeren, zullen niet-statelijke actoren zich hier niets van aantrekken. Dus moet ook Brussel bij het verkennen van de grenzen openstaan voor de terroristische schaduw die het kan werpen op onze veiligheid. In toenemende mate laten academische- en onafhankelijke onderzoeksinstellingen zien hoe terroristische groeperingen AI kunnen toepassen voor zowel de communicatieve- als de operationele planning. Hoe er wordt geïnvesteerd in dronetechnologie, deepfakes maar ook andere hulpmiddelen die gebruikt kunnen worden om operaties zowel online als in de echte wereld te versterken. Zo wordt de terroristische toolbox vergroot met middelen die aanslagen kunnen vergemakkelijken en ook in schaal kunnen vergroten.

Terwijl we ons buigen over de complexiteit van deze nieuwe en wellicht ‘sciencefictionele’ middelen, is het hoog tijd om onze digitale weerbaarheid te versterken. Ook al vormt de opmars van AI-geassisteerd terrorisme een nog veranderende uitdaging voor onze veiligheid. Laten we niet achteroverleunend afwachten tot de volgende dreiging ons het hoofd gaat bieden. Het terrorisme toneel is immers al langer aan de gang.

Michelle Hogendoorn is bestuurslid van de Jonge Atlantici en Masterstudent Military Strategic Studies aan de Nederlandse Defensie Academie.